Symptomen & diagnose
Osteochondritis dissecans (OCD) is een ziekte die vooral voorkomt bij adolescenten tussen 11 en 17 jaar die doen aan bovenhandse sporten (baseball, volleybal, gymnastiek,...).
De exacte oorzaak is onbekend. Het gevolg is het afsterven van een stuk van het capitellum (dit is het bot aan de buitenkant van het ellebooggewricht). Het is vooral het bot net onder de kraakbeenlaag (het zachte glijdende deel van het gewricht) dat afsterft. Hierdoor kan het stuk met het bovenliggende kraakbeen loskomen en in het gewricht rondzweven.
Patiënten hebben pijn aan de buitenkant van de elleboog. Indien het stuk los komt te liggen kunnen er ook blokkages optreden.
De diagnose wordt gesteld door middel van een radiografische opname en een MRI scan.
Behandeling
De behandeling wordt bepaald aan de hand van de MRI beelden en de klachten van de patiënt.
- Indien het fragment nog stevig vast zit en er geen tekens van loslating zijn wordt deze ziekte conservatief behandeld.
- Dit houdt in dat de patiënt mag bewegen met de elleboog doch dat elke belasting vermeden wordt. Dit betekent ook een tijdelijke volledige sportstop.
- Na enkele maanden wordt een nieuwe MRI-scan uitgevoerd om het stuk te evalueren en te kijken of het terug aangroeit.
-Bij falen van deze conservatieve behandeling of bij losliggen van het fragment bij diagnose wordt een operatie voorgesteld.
Operatie
Deze operatie gebeurt onder algemene anaesthesie. (Voor meer informatie over de verschillende verdovingen, klik hier)
Indien het fragment volledig is losgekomen van het onderliggende bot of rondzweeft wordt dit verwijderd en wordt het onderliggende opgefrist zodat er een goede bloedtoevoer is. De bedoeling is dat het lichaam dan een littekenprop aanmaakt die de het ontbrekende stuk vervangt. Dit gebeurt door middel van een kijkoperatie.
Indien het fragment nog relatief stevig vasthangt kan men proberen dit terug te fixeren. Dit kan hetzij met schroefjes, hetzij met een draad. Ook deze operatie gebeurt door middel van een kijkoperatie.
De resultaten van deze operaties zijn gemiddeld zeer goed voor verhelpen van de pijnklachten. De resultaten worden wel beinvloed door de grootte van het letsel en door het beoogde sportieve doel postoperatief
Nazorg
De elleboog mag direct bewogen worden. Indien er een tekort is aan beweging kan kinesitherapeutische hulp nodig zijn.
De elleboog mag echter voor 3 maanden na de operatie niet belast worden. Dit om de ingroei van het fragment of de littekenprop niet te compromiteren.