Symptomen & diagnose
Bij carpal boss groeit aan de bovenzijde van de pols extra bot. Deze botzwelling situeert zich aan het tweede en/of derde gewricht tussen de handwortelbeentjes en de middenhandsbeentjes. In de meeste gevallen leidt deze aandoening niet tot klachten.
Soms hebt u mogelijk last van strekpezen die over de zwelling ‘klikken’. De klachten variëren van milde tot erge pijn aan de pols, in combinatie met bewegingsbeperkingen. De klachten duiken vooral op tijden en na activiteiten waarvoor de pols intensief gebruikt wordt. Denk daarbij aan timmeren, tennis of golf.
De zwelling aan de bovenzijde van de pols wordt vaak verward met een polscyste (ganglion).
Oorzaak van carpal boss?
De oorzaak ligt bij een foute foetale ontwikkeling van een os styloideum. Dit extra handwortelbeentje hoort tijdens de ontwikkeling te fuseren met de omliggende botten. Het extra beentje maakt deze zone extra gevoelig voor een herhaald trauma.
Diagnose van carpal boss?
Een CT-scan geeft uitsluitsel.
Behandeling
Een mogelijke behandeling omvat rust, het dragen van een brace en het tijdelijk innemen van ontstekingsremmers.
Als deze aanpak niet werkt en de klachten staan een normaal dagelijks leven in de weg, dan biedt een operatie alsnog uitkomst.
Operatie
Tijdens de operatie (wigexcisie) verwijderen we het extra botweefsels aan beide zijden van het gewricht. We houden alleen gezond bot en kraakbeen over.
Deze ingreep gebeurt onder locoregionale of algemene verdoving via dagkliniek. (Voor meer informatie over de verschillende verdovingen, klik hier)
Nazorg
Na de operatie krijgt u een onderarmgips voor een periode van vier weken. Nadien draagt u een afneembare gips voor vier bijkomende weken. Nadien mag u de pols opnieuw belasten.
Als het herwinnen van de polsbeweging moeilijker is kan een behandeling bij een kinesist nodig zijn. U kan hier ook een schema downloaden met oefeningen die u thuis kan uitvoeren: Oefenschema pols.pdf